Circusnachten • Laïka
Fere is half vrouw, half vogel. Tenminste, dat doet ze iedereen geloven. Avond na avond betovert ze het circuspubliek met haar capriolen. Zij weet zelfs de sceptische en rationele journalist Walser in haar netten te strikken: ook hij gaat haast geloven dat haar vleugels echt zijn. Gebiologeerd zal hij Fere en haar circusbende volgen tot in het verre Rusland en met hen stranden in het barre Siberië.
Circusnachten troont ons mee naar een wereld van sensatie en schijn, van succes en eenzaamheid. Het circus is een vrijplaats waar ‘freaks’ schitteren en veilig zijn voor de buitenwereld en de meedogenloze wetten van de normaliteit. In Angela Carters zintuiglijk en extravagant universum is niets wat het lijkt. Halfslachtige wezens nemen ons bij de hand en strooien ons glamour en glitter in de ogen. De waarheid krijgt vleugels, tilt ons tot ongekende hoogten tot de spots plots doven en we als bij omgekeerde toverslag neerkomen… op een zacht bed van liefde.
Met Circusnachten laten Peter De Bie, Jo Roets en Bart Van den Eynde zich inspireren door de belangrijkste roman van Angela Carter. Carter (1940-'92) is één van de parels van de Britse literatuur. Haar kortverhalen, romans, theaterstukken en journalistiek werk reflecteren het culturele klimaat van Groot-Britannië en het ‘vaste land’ van de jaren tachtig. Met haar fantasie ging ze compleet tegen de nuchterheid en de ratio van de toenmalige maatschappelijke crisis in. Wie aan Carter denkt, denkt aan ongebreidelde verbeelding en de moed om de logica te ondermijnen. Terecht wordt haar magisch realisme vergeleken met dat van Salman Rushdie en Gabriel Garcia Marquez. Ze creëert sprookjesachtige, mythische figuren, die zich bewegen op de grens tussen schijn en werkelijkheid. Typisch voor Carter is de manier waarop ze de realiteit binnenhaalt; met een opvallend moedige directheid en zonder gêne beschrijft ze de donkere en zelfs lelijke kant van de mensheid. Circusnachten verscheen voor het eerst in 1984 met als originele titel Nights at the Circus.
Circusnachten toert hartje winter als locatievoorstelling in een speciaal ontworpen foortheater. De toeschouwers zijn als voyeurs in de coulissen bevoorrechte getuigen van een betoverend universum.
tekst Jo Roets & Bart Van den Eynde regie Jo Roets acteurs Jakob Beks, Lien De Graeve, Jos Geens, Lilian Keersmaekers, Luc Springuel, Justus van Dillen, Jessa Wildemeersch muziek Rudi Genbrugge vormgeving Peter De Bie kostuums Mieja Hollevoet & Lieve Meeussen dramaturgie Michaël De Cock, Caroline Fransens regie assistentie Katrien Van Langenhove licht Anton Van Haver techniek Patrick Arnauts, Bas Banen, Franky Barbaix, Felix Goossens, Marjolijn Hectors, Rik Helsen, Dieter Lambrechts, Eddy Levens, Pieter Smet, Rik Van Gysegem
A night at the circus ★★★
Kan een 21e-eeuws, door multimedia en televisie platgeslagen publiek nog écht verrast, verwonderd en verrukt worden? De vraag én uitdaging voor elke artiest. Het is een van de paradoxen van het theater dat het daarin kan slagen door uitgerekend terug te keren naar de basis: goudeerlijk (circus)spektakel, rond een huifkar misschien, op het dorpsplein bijvoorbeeld. Reculer pour mieux sauter .
En inderdaad, de cirkelvormige tent waarin Circusnachten gespeeld wordt, lijkt zich perfect te lenen tot halsbrekende toeren en adembenemende dierennummers. Maar ondanks de circussetting van het verhaal (naar Nights at the Circus , een magisch-realistische roman van Angela Carter uit 1984) en de bijna extatische spektakelsfeer, brengt Circusnachten eerst en vooral theater. Bezwerend en onstuimig theater, dat wel.
Suggestieve verbeeldingskracht
Hoewel, stuntwerk is er in overvloed. Maar vooral de verbeelding is daarbij aan de macht. Binnen een breed uitwaaierende verhaallijn laten Jo Roets, Bart Van den Eynde en Peter De Bie alle ruimte voor de suggestie. Als Fere (een ontwapenende Jessa Wildemeersch), zich aan een trapezenummer waagt, hoeft de levendige beschrijving van haar circuscollega's daarvan niet onder te doen voor het echte werk.
Fere, half vrouw-half vogel, is als ster in het circus van Colonel Kearney (Jakob Beks) ook de spil van de voorstelling. Of haar vleugels echt zijn, weet alleen zijzelf. De sceptische journalist Jack Walser (Justus van Dillen) heeft alles al gezien en beweert wel beter te weten. De jonge knaap versiert een plaatsje als clown binnen de troep en zal als embedded journalist het wel en wee van het circus volgen.
Dat is de rode draad, maar vooraleer het verhaal zich uiteindelijk vernauwt tot de liefdesgeschiedenis tussen Fere en Jack, is er plaats voor evenveel zijsprongen als randpersonages. Een stoet bonte figuren treedt in het voetlicht. Aan hun kleurvolle anekdotiek dankt Circusnachten zijn meeslepende verbeeldingskracht die het publiek dromen doet.
Maar evengoed delen de artiesten de schaduwzijde van het circus. Zodra de laatste schmink afgewassen is, loert de tristesse. De circuspiste is een gouden kooi en laatste toevluchtsoord voor de 'freaks' en verschoppelingen die daarbuiten niets betekenen. Ook Fere, met haar buitengewone morfologie een leuk speelding van de tsaren en andere groten der aarde, ontsnapt er niet aan. Zelfs de Grote Buffo (Jos Geens) voelt zich als leider der clowns niets meer dan een 'hoer van de vrolijkheid'.
Wervelend
De breed uitgesponnen uitweidingen van de verschillende circusartiesten nemen de vorm aan van zangnummers, monologen of performances, ondersteund door het eenmansorkest van muzikale duizendpoot Rudi Genbrugge. Ze zitten verweven in een verhaal dat het circus tot in de lege vlaktes van Siberië brengt. Tel daarbij een verhakkelde chronologie en de soms gezochte verhaalsprongen en het lijkt alsof het grillige, rondstuiterende Circusnachten wat té veel wil vertellen.De breed opgezette structuur dreigt soms te bezwijken onder zijn eigen gewicht. De fraaie handleiding bij het stuk die vooraf wordt uitgedeeld, anticipeert daarop.
Die stemmige overdaad blijkt allerminst een euvel: trouw aan het opzet, geeft ze deze voorstelling de allure van een wervelende avond circusvertier. Circusnachten is een als maar voortdenderend avonturenverhaal waarin elk van ons zich nog onbeschaamd kan verliezen.
Thijs De Smet
Knack blogt
De magie blijft uit
Theater Laika en 't Arsenaal spelen 'Circusnachten'
Deurne De sfeer is er op Wintervuur, het tweejaarlijkse Antwerpse cultuurfestival dat ditmaal Deurne verwarmt: letterlijk met vuurtjes en warme soep, figuurlijk met muziek en theater in de tentjes rond de Sint-Freganduskerk. Een betere locatie is nauwelijks denkbaar voor Circusnachten, een coproductie van het Antwerpse Laika en het Mechelse 't Arsenaal die de oude traditie eert van het rondtrekkende theater en circus dat op dorpspleinen speelde.
Het publiek wordt verwelkomd in een klein rond tentje waar muzikant Rudi Genbrugge met schlagers van Marva tot 'Op de purperen hei' tot meezingen verleidt. Dat collectief samen-beleven zet zich daarna echter niet verder door. Daarvoor heeft Circusnachten, gebaseerd op de magisch-realistische roman Nights at the Circus van Angela Carter, iets te veel moeite om zowel de magisch-realistische sfeer in de tent te houden als om deze roman in de circuspiste verteld te krijgen.
Het verhaal is dat van Fere, een vrouw met vleugels die opgroeit in een bordeel en later terechtkomt in een circus, waar ze uitgroeit tot een wereldster en fenomeen. Zijn haar vleugels echt of louter bedrog? De jonge onderzoeksjournalist Walser wil er het fijne van weten. Hij gaat undercover als clown en volgt Fere tot in het verre Siberië waar de trein van het circusgezelschap crasht. In de koude sneeuwstorm ontvlamt de liefde tussen de gevederde vrouw en de ongelovige Thomas.
Een donker liefdessprookje, het wedervaren van een circustroep of een schets van de wereld waarin schijn en zijn hand in hand gaan? Regisseur Jo Roets laat zijn zevenkoppige cast al die lagen aanboren maar vergaloppeert zich in die veelheid van invalshoeken en vertelperspectieven, waardoor Circusnachten focus mist. De romance tussen Fere en Walser verwatert naast het verhaal van de oude clown Buffo (sterk vertolkt door Jos Geens).
In tegenstelling tot wat de titel van deze voorstelling doet vermoeden komen echte circuskunstjes er niet aan te pas, behalve een clownsnummer dat door de acteursploeg met overgave wordt uitgevoerd. Circusnachten wil een beroep doen op de verbeelding van de toeschouwer door het verhaal voor zich te laten spreken, maar slaagt daar slechts sporadisch in. De sfeervolle setting en prachtige kostuums van Mieja Hollevoet ten spijt.
Liv Laveyne
De Morgen
Winterfestival opent met vleugels van papier
Het festival Wintervuur bouwt een parkeerterrein in Deurne-Noord om tot een dorpsplein in feeststemming. In de charmantste tent spelen Laika en 't Arsenaal een circusverhaal.
Een retrobioscoop, pyjamafuiven, de Antwerpse stadsdichter die voorleest in een meubelzaak: Wintervuur wil het gezellig houden. Het festival, de tegenhanger van de Zomer van Antwerpen, vindt om de twee jaar plaats rond de jaarwisseling. Voor deze editie liet Wintervuur het centrum links liggen, om de tenten op te slaan aan de Sint-Fredeganduskerk in Deurne. Rond vuurinstallaties en liters hete soep vinden voorstellingen en concerten plaats, waar in totaal 8.500 tickets voor circuleren.
Circusnachten speelt in een prachtig foortheater, waar het publiek lekker dicht bij de piste zit. Het is op en top een wintervertelling. Het publiek (vanaf 14 jaar) kan zich bij het binnenkomen al warmen aan kruidige thee en schlagers van het eenmansorkest van Rudi Genbrugge. De reis van een duister circusgezelschap zal uiteindelijk naar het putje van Siberië voeren, waar een spectaculaire sneeuwstorm woedt.
Regisseur Jo Roets baseerde zich al vaker op literair werk van grootmeesters, met succes. Dit keer bewerkte hij een minder bekend boek, een inwijdingsverhaal van Angela Carter. Het speelt zich af in een smoezelig circusmilieu, waar freaks worden opgevoerd en een hysterische clown achter de schermen zijn lief afrost.
Spilfiguur van het verhaal is 'Fere de gevleugelde', een vliegend wonder. Op haar rug draagt ze een bonte bos pluimen, als een papegaai uit Brazilië. Houdt ze het publiek voor de gek met een goedkope truc? Een Amerikaanse journalist probeert haar ware story te achterhalen. Hij laat zich in het circus aanwerven als clown. Gaandeweg worden ze verliefd, maar ze hebben een treinongeluk en de Siberische toendra nodig om ook zichzelf te ontdekken.
De bewerking van het boek was dit keer geen sinecure. Met engelengeduld loodsen zeven acteurs ons anderhalf uur lang door het eindeloze verhaal. Met snelle tempo- en decorwissels proberen ze het vaart te geven. Verwacht geen spectaculaire stunts: de acteurs doen een beroep op onze verbeelding. Alleen het centrale clownsnummer wordt tot twee keer toe opgevoerd, met de flauwste clichés tot in detail uitgewerkt. Tot het schrijnend en bitter wordt.
De voorstelling is veel dingen tegelijk: lovestory, grimmig sprookje, travestieshow, verhaal in het verhaal. Op een uitsloverige manier worden al die sferen in de verf gezet. Al biedt de jonge garde lichtvoetig en prikkelend acteerwerk, de pogingen om de magie tot leven te wekken zijn soms loodzwaar.
Circusnachten is iets te veel boek gebleven. Je hebt de indruk dat die donzen vleugels van Fere, fabelachtig mooi beschreven door Angela Carter, toch vooral vleugels van papier zijn. Wintervuur, van 2 tot 6 januari in Deurne.
Geert Van Der Speeten
De Standaard
Fletse Circusnachten
Mijn verwachtingen waren hoog. Circusnachten tijdens het Antwerpse ‘Wintervuur’. Een mooi verhaal over een vrouw met vleugels, in het ijskoude Siberië, met een treinramp, een sjamaan freaks en veel magisch realisme. Helaas laten Laïka en ’t Arsenaal het in de tent afweten. Ondanks de suggestieve taal, de goede bedoelingen, de klankmachinerie en de leuke kostuums, ontgoochelt de voorstelling.
Circushoempapa en koffie begeleiden de toeschouwers naar de zitbanken rond de piste in de tent. De directeur komt op, en zou volgens de tekst de mensen warm moeten maken voor het circus. Maar hij doet dat zo flets dat het niet pakt. En dat ontbreekt in de hele voorstelling: spelplezier, spanning die afstraalt op de toeschouwer, de artistieke noodzaak om dit stuk te brengen. Het verhaal leent zich er nochthans toe. Fere is een vogelvrouw. Maar zijn haar vleugels echt of niet? Ze groeit op in een bordeel, en komt dan terecht in het circus. Kassa, kassa! De directeur denkt aan geld, de clown is cynisch en hardvochtig. De journalist die de waarheid over Fere wil weten, gaat het circus in, en wordt verliefd. Een terroristische aanslag op de circustrein in hartje Siberië zorgt voor ellende, maar de liefde overwint veel. Er zitten in deze voorstelling mooie beelden, zoals de sneeuwstorm, maar die wordt dan weer letterlijk overschreeuwd. De freakshow is inspiratieloos. Dit is circustheater zonder visuele acts. Natuurlijk kan acrobatische magie ook verbaal gesuggereerd worden, maar die kracht heeft deze cast niet. Een voorstelling zonder vonken of schwung, ondanks een treintje en wat Russische liedjes. Jammer.
Tuur Devens